Go to site in English

Thijs is op 8 november in Jeruzalem aangekomen!

Laatste verslag Jordanië en Israël.

Voettocht naar Jeruzalem

Dit is het verhaal van Thijs Postma, die in 1998 begon aan een voettocht van Amsterdam naar Jeruzalem die tot het jaar 2000 duurt.

 

18 juli

 

Dit is de email van 20 augustus 1999.

Hallo Eco-Walk Vrienden en vriendinnen,

Hallo allemaal.

Eindelijk kan ik weer Internetteren. In Syrië was daar helaas geen mogelijkheid toe. Heel erg hartelijk bedankt voor al jullie E-mail post. Er was een hoop te lezen, ik had een dik uur nodig om me door de brat heen te werken. Het is te veel om ieder persoonlijk te beantwoorden daarom zal ik een algemeen verslag schrijven.

Ik ben inmiddels in Jerash-Jordanië aangekomen, halfweg de grens en de hoofdstad Amman. Eergisteren ben ik de grens naar Jordanië overgestoken en dat ging zonder problemen. Heb op vier dagen na, twee maanden in Syrië gespendeerd en heb er een goede tijd gehad. De mensen zijn er ontzettend vriendelijk en gastvrij. Ben er heel vaak voor koffie, thee, de maaltijd of voor een nachtje slapen uitgenodigd. En er is veel te zien. Er zijn veel ruïnesteden uit Romeinse en pre-Romeinse tijd alsook veel kastelen uit de kruisvaardertijd en ik heb een paar van deze plaatsen bezocht, waarvan kasteel Krak de Chavalliers en de Romeinse ruïnes van Bosra wel de mooiste en meest interessante waren met als hoogtepunt de ruïnes van Palmyra met z'n enorme Baaltempel. Om daar te komen moest ik wel een eindje omlopen en een dag of 10 door de lege hete en eindeloze woestijn banjeren, maar het was zeker de moeite waard om deze woestijn oase te bezoeken. Een zware tocht van 4 dagen heen en 6 dagen om in Damascus te komen, waarop ik elke dag gemiddeld 40 km liep en 's nachts in m'n tentje langs de kant van de weg sliep in de kale woestijn. Damascus was ook een interessante stad en heeft een zeer oud centrum met vele paleizen, moskeeën en zeer levendige bazaars (souqs). En in m'n hotelletje ontmoette ik eindelijk weer eens wat reizigers en zelfs wat Nederlanders, en dat was wel weer eens leuk want het was weer een tijd geleden dat ik wat westeners gesproken had. In het zuiden van het land, rond Shabah, Suweida, Bosra en Dara'a verbleef ik vrij regelmatig bij gastvrije families die me eten, drinken en een slaapplaats aanboden. Ongelooflijk aardige mensen die alles doen om het je naar de zin te maken. En toen ik bij m'n vriend Suleiman te warskip (te logeren) was werd ik er uitgenodigd voor een bruiloft van een neef van hem. Dat was wel een bijzondere belevenis. 's Avonds was er live muziek op het schoolplein en alleen voor mannen die in hun witte jurken in een grote kring in de rondte dansten. Natuurlijk moest ik als eregast ook een paar rondjes meedansen en meezingen in de microfoon. Om 12 uur was er nog een rijstmaaltijd die in recordtempo werd opgegeten en toen ging iedereen huiswaarts. De volgende middag was er muziek bij de oom van de bruidegom en waren ook de vrouwen van de partij, al dansten de kringen gescheiden in de rondte. Hierna met een enorme stoet toeterende en spetterende auto's op naar het huis van de bruid alwaar het paar aan elkaar werd gekoppeld. Iedereen was uitzinnig aan het worden en toen vertrok de stoet met veel bombarie naar het nieuwe huis en werd er daar verder gedanst, gezongen en gefeest terwijl bruid en bruidegom op een erepodium zaten. Ik heb wat foto's genomen en hoop dat er een paar gelukt zijn.

Jordanië, 6 september 1999

Na m'n mislukte visumaanvraag in Ankara ben ik toch wel heel blij dat ik het aan de grens gewoon nog eens geprobeerd heb. En na een spannende tijd was er aan de grens van Syrië eigenlijk geen probleem om daar een visum te krijgen. Na een paar bureaucratische formaliteiten werd m'n paspoort gezegeld en gestempeld en kon ik lopend de grens over. Ik was zo blij met deze goede afloop dat ik in het grensplaatsje Kassab een hotelletje nam en in de plaatselijke minimarkt een echt Heerlijk-Helder-Heineken-blikje kocht om het te vieren. Verder in heel Syrië eigenlijk geen problemen gehad, al hebben een paar bijdehante soldaatjes me een tijdje in een bushokje vastgehouden vanwege mijn nieuwe baard die niet meegroeit op m'n paspoortfoto. Na 15 minuten wachten op een meerdere was ik het beu en zei dat ik als vrij Nederlands Staatsburger hier tegen mijn wil werd vastgehouden zonder enige reden of bewijs van een overtreding waarna ik m'n rugzak weer op m'n schouders hing en aan de wandel ging. Ze waren perplex en hielden me niet tegen, noch schoten ze me in de rug maar in plaats daarvan gingen ze me met 3 man volgen. Ik liep ze al snel een eind op voor met m'n getrainde hoge tempo maar heb even op ze gewacht in het volgende winkeltje waar we even een frisje dronken hoewel niet in vriendschap Eindelijk na nog eens 3 km komt de meerdere in een groene jeep aangieren en stopt voor m'n neus. Hij verontschuldigt zich heftig voor het domme gedrag van de 3rie groene voddenbalen en vraagt of hij iets voor me kan doen. Alles is oke en m'n baard is very nice. Men beleeft wat nietwaar?

Over een dag of 3 hoop ik in Amman te zijn en hoewel Jeruzalem op 4 dagen afstand lopen ligt ben ik van plan om eerst nog naar Petra in het zuiden te lopen. Er is hier in Jordanië ook nog het een en ander te zien en dat wil ik niet missen want ik kom hier voorlopig niet meer terug denk ik. De relatie tussen Jordanië en Israël is goed en rielekst sinds de vrede tussen de twee getekend is in 1994. Het zal dus geen probleem zijn om die grens over te steken.

Hoop jullie weer een beetje op de hoogte te hebben gebracht van m'n belevenissen en nog heel erg bedankt voor het duimen. Stop er hier weer even mee.

Heel veel groeten, sterkte en tot hoors, E-meels.....

Dit is de laatste email van 11 september 1999.
Hallo Eco-Walk Vrienden en vriendinnen,

Bedankt voor jullie E-mails, altijd leuk om te lezen en zo een beetje op de hoogte te blijven met het thuisfront.

Jordanië, Petra, 12 september 1999

Ik ben inmiddels in Petra aangekomen, 'de roze-rode stad, half zo oud als de tijd', (Dean Burgen) of liever: Wadi Musa, het toeristendorp naast Petra waar de hotelletjes, de restaurantjes, de minimarkets en de internetcafe's zijn, omdat ze daar Petra zelf niet mee willen vervuilen. Petra is een magische plek, diep verscholen in een dramatisch bergmassief aan de oostrand van de Wadi Araba woestijn ten zuiden van de Dode Zee. Hier hebben de Nabataeanen in pre-romeinse tijd hun tempels en graven, hun paleizen en offerplaatsen uit de rotswanden gebeiteld en de hoeveelheid en grootsheid van deze meesterlijke steenfacades is overweldigend en indrukwekkend. De nakomelingen van die Nabataeaners weten dat en vragen exorbitante prijzen voor entree, ezels en eten. Toegang is b.v. 60 piek voor 1 dag, 75 piek voor 2 dagen en 90 voor 3 dagen waarbij de 4de dag dan gratis is!!! Goh.

Ik blijf hier weer een paar dagen om wat bij te komen van m'n 10-daagse tocht vanaf Amman. Kleren wassen, goed eten en slapen, kaarten en E-mails schrijven enz.

In Jerash stond ik 2 dagen met m'n tentje op een graslandje vlak onder de Hadrianus triomfpoort omdat het enige hotel aldaar veel te duur was. Kreeg de 2de dag zelfs nog gezelschap van een Istanbul-Cairo fietsende Japanner die ook aan de politie had gevraagd of hij hier mocht staan met z'n tentje. Het werd bijna nog gezellig op dat met plastic zakjes bezaaide grasveldje. Een dag later kon ik bij Ghazi, een Medicijnhandelaar in de Palestijnse vluchtelingenkampen, te Rumman overnachten. Kreeg een plek bij de portier/tuinman in z'n portiershutje en kon er tenminste weer 's even douchen. De volgende dag kwam ik in Amman aan, het Philadelphia uit de Romeinse tijd, en net zoals Rome, gebouwd op 7 heuvels. Maar Amman is inmiddels een moderne stad verspreid over 19 heuvels en heeft de sightseeing toerist niet veel meer te bieden dan een slecht hersteld amfitheater en wat ruïnes van de Omayad paleizen plus 3 zuilen van de Hercules tempel. En misschien het archeologisch museum met vondsten uit de stenen tijd tot deze eeuw. Toch is het geen slechte stad om een weekje te verblijven en is alles er vrij goedkoop. Ik verbleef op de domitory van het Venicia hotel in DownTown Amman voor 6 gulden per nacht met gratis koude douche en gebruik van de keuken, waar ik handig gebruik van maakte voor het zetten van vele bakjes nescafé. Er verbleef terzelfder tijd ook een USA dame, Alaine, die hier zendingswerk deed voor de Christelijke kerk en elke dag berichten van God of Jezus kreeg. Volgens haar zou m'n inkomen ver300voudigd worden als ik in de naam van Jezus verder zou gaan lopen. Nou, in Jezus naam dan maar. Ze las veel in de bijbel en dat soort geschriften en trok elke ochtend een kaart met een bijbelse spreuk of boodschap en liet mij dat ook doen. Ik werd er niet veel wijzer van maar volgens haar klopte het precies. Verder verbleven er wisselend Japanners, Fransozen, Engelsen of Polen op de kamer en sprak ik er een paar keer verscgillende Hollandse meiden. Goed om m'n Nederlands wat op peil te houden.

Damascus 28 juli

Heel gemakkelijk was ook wel dat het postkantoor, boekwinkels, eettentjes, de internetcafe's en de moskee lekker dicht in de buurt zaten, zodat ik veel kon regelen en ritselen zonder te veel te lopen. De Jordan Times krant was ook geïnteresseerd in m'n verhaal en ik heb er dus weer een interview gegeven wat 2 dagen later in druk verscheen op de dag dat ik EEN jaar onderweg was. Na 7 dagen Amman besloot ik verder te gaan, niet westwaarts direct naar Jeruzalem, want wat moet ik 4 maanden in het dure Jeruzalem doen?, maar zuidwaarts naar Petra en Aqaba en andere interessante plaatsen omdat ik daar tijd genoeg voor heb.

M'n eerste ruk van 35 km was naar Madaba, waar zeer goed bewaard gebleven Byzantijnse mozaïeken te zien zijn. Een van de interessantste is een plattegrond van het Midden-Oosten met Jeruzalem als middelpunt, stammend uit het jaar 560 na Christus in de St. Georges kerk. De kaart van Jeruzalem laat duidelijk de kerk van het heilige graf zien. Ook hier vlakbij is Mount Nebo, een van de vele plaatsen waar Mozes gestorven en begraven schijnt te zijn. Boven op deze heuvel is een kerkje gebouwd op de fundamenten van een veel ouder klooster en ook belegd met oude mozaïeken. Op een heldere dag kan men vanaf hier, in de heuvels aan de overkant van de Dode Zee, de glimmende torenspitsen van Jeruzalem zien! Vandaag zag ik helaas alleen heel duidelijk de 400 meter onder het zeeniveau gelegen Dode Zee ver beneden me met vaag aan de overkant de heuvels van de Palestijnse West Bank. Hierna ben ik weer 3 dagen aan de wandel om in Al Karak te komen waar een eens machtig kruisvaarderskasteel te zien is. Onderweg kom ik nog door de Wadi al Mujib vallei, een geweldige canyon van wel 1000 meter diep die uitkomt in de Dode Zee. Een helse kuiten bijter! Maar prachtig.

Jordanië, Wadi-Rum 17 september 1999

Nadat ik de overblijfselen van het Karak kasteel gezien heb, toch nog wel een indrukwekkende ruïne, ga ik verder naar het zuiden en kom weer door zo'n diepe canyon, de Wadi al Hasa, maar deze is veel breder en de weg omhoog is eindeloos en slingert maar door in scherpe haarspelden zonder echt veel omhoog te gaan, er komt zodoende geen einde aan zo lijkt het wel, ongeloveloos.

Jordanië, Wadi-Rum 23 september 1999

In Tafila slaap ik weer in een hotelletje en kan er even douchen, (het is nog steeds bloedheet hier en zweten geblazen). De volgende dag bezoek ik het Dana Nature Reserve, een van de 6 door de RSCN onderhouden natuurparken, om er contact te leggen met de Jordaanse Royal Society for the Conservation of Nature, iets wat me in Amman niet gelukt was. In de wachttoren, die goed uitzicht biedt over de ruige en wilde bergformaties van deze Wadi Dana, spreek ik Mohammed die hier parkwachter is. Hij is niet echt onder de indruk van m'n tocht of het dringt niet helemaal tot hem door. Veel liever steekt hij een preek tegen me af over de Mohammedaanse leer, babbelt hij lustig over z'n familieleven en vertelt hij met klem dat Israël straks, In Sha Allah (met Gods wil) gewoon weer moslimgebied zal zijn, net als altijd. Verder zijn er hier vogels, vossen en ander wilde dieren en iedereen in het park werkt voor RSCN ja. Ja ja, het is 1/2 5 en ik moet nodig verder. Ik zet m'n tentje op in het bos naast het park.

Jordanië, Wadi-Rum 23 september 1999

De volgende dag ben ik in Ash Shawbak, waar ik geen fut heb om weer een ander kasteel te bezichtigen. Nog 1 dagje door deze droge en kale heuvels op 900 tot 1200 meter hoogte en ik kan weer even uitrusten. Nog 30 km en ik ben in Petra.

Groetjes Thijs...

Jordanië en Israël.

Ik ben een goede 2 weken in Aqaba gebleven. Ik had een artikeltje geschreven en afgeleverd op 2 krantenkantoren in de hoop dat ze dat nog plaatsen wilden. Al waren de mensen in Aqaba heel geïnteresseerd en behulpzaam, in Amman ging het niet zo gemakkelijk. Eerst hadden ze de faxen niet ontvangen en later toen ze die eenmaal hadden was de Jordan Times niet zo enthousiast, omdat ze al iets met me gedaan hadden en de Arabische krant wist er geen raad mee en wimpelde het af. Veel bellen en wachten zonder succes.

Maar Aqaba was een leuke rustplaats en op het dak van het Petra-hotel had ik een mooi uitzicht over de Golf van Aqaba, een prima slaapplaats en ontmoette er leuke mensen van over de hele wereld. Maar op 13 oktober moest ik toch echt verder, het wachten leverde niets op.

Jordanië, 27 september 1999

De weg naar Eilat gaat door de droge Wadi Arava vallei en loopt een flink eind om. Bij de Jordaans-Israëlische grens werd ik natuurlijk aangehouden en de Jordaanse grensbeambten wilden me niet de 4-5 km laten lopen om de Israëlische kant te bereiken. Volgens hen is dat vreselijk gevaarlijk en is het ten strengste verboden. Ik moest een taxi nemen, maar ik stond er op om hun kapitein te spreken en liet hun m'n papieren zien en een fotocopie van het artikel in de Jordan Times. De kapitein werd gebeld en verscheen even later. Ik moest behoorlijk m'n best doen om hem te overtuigen, maar uiteindelijk gaf hij toestemming om de lege eenzame weg lopend af te leggen, hij wilde m'n reis niet ruïneren. Het was me weer gelukt.

Aan de Israëlische kant werden er veel vragen gesteld over de bedoeling van m'n bezoek aan dit land, maar ook hier wist ik m'n weg naar binnen te zwammen en kreeg een visum voor 3 maanden. In Eilat aangekomen nam ik m'n intrek in een goedkoop hotelletje waar veel Oost-Europeanen zaten die hier illegaal werk verrichten.

Ik bezocht er de volgende dag de Society for the Protection of Nature in Israël (SPNI) field school die bekend is met de Negev-woestijn en de wandelpaden aldaar om informatie op te doen voor m'n volgende route en de gevaren onderweg. Ze waren er heel behulpzaam en ik kreeg een hele steur fotokopieën van hun goede, maar dure wandelkaarten. En na 2 dagen ging ik dan eindelijk weer aan de wandel om het laatste deel van m'n tocht af te leggen en dook na een paar kilometer de barre Negev-woestijn in om er het Israëlische Nationale voetpad te volgen. 's Avonds, op een afgesproken plaats bij de Amrams pilaren werd me nog een nieuwe voorraad water gebracht door de aardige gids van de field school en 's nachts sliep ik weer sinds lange tijd in m'n tentje ergens in het midden van de woestijn.

De volgende dagen volgden er lange rukken door een woest en onherbergzaam gebied. De vele bergen op en neer waren uitputtend en de hitte van de zon maakte me zo dorstig dat m'n watervoorraad snel slonk. Ook raakte ik de weg nog een keer kwijt omdat het pad niet goed aangegeven werd en ik zodoende de kibboets miste waar ik weer water kon krijgen. Ik moest de volgende morgen een heel eind teruglopen om de kleine nederzetting in de lege woestijn te bereiken. Ik werd er vriendelijk ontvangen door Liat die me bovendien een goede maaltijd gaf en nog een kilo eten voor onderweg. M'n rugtas was met al dat water en eten extra zwaar en het viel niet mee om in de hitte en dit ruige gebied lekker op te schieten. Het kost me zeven en een halve dag om in Mitzpe Ramon aan te komen, het eerste plaatse van enige betekenis na Eilat. Heb het moeilijkste gedeelte met zweet, honger en dorst weer weten te overleven en neem hier een paar dagen rust.

Mitzpe Ramon lig aan de rand van 's werelds grootste krater en het uitzicht over dit maanlandschap is fascinerend. Ik heb m'n tentje opgezet bij de SPNI field school en ik doe er weer wat info op voor het volgende stuk, was m'n kleren en laad m'n batterijen weer op. Op een avond valt er zelfs het eerste regenbuitje na een lange droge periode en het frist lekker op.

Drie dagen later ga ik weer verder en slaap een nachtje in het restaurant van Alexis in Avdat. Bezoek de volgende dag het graf van Ben Gurion in Sde Boker en vervolg m'n tocht door de woestijn die hier wat heuvelachtig is. Yeroham volgt en dan Dimona, waar ik 's nachts op de vuilnisbelt slaap, maar dat zie ik pas de volgende morgen als het weer licht is.

De volgende middag kom ik bij het kampement van de Rainbow People aan die hier een Full Moon ontmoeting hebben. Een hoop jonge mensen in ouderwetse hippiekleren die love en peace zoeken, maar eigenlijk verdwaald zijn in een high-tech computerwereld. Toch leuk om even bij ze te zitten en thee met ze te drinken, al is het feest over en zijn ze aan het pakken. De Rainbow karavaan gaat weer verder en versplintert in het niets, ik ook. Slaap nog een nachtje in het park aan de rand van Arad en bereik de volgende dag Masada. Zet er m'n tent op op een hoge berg en zie de volgende dag de zon opkomen boven deze historische plek. Masada is een enorm fort boven op de platte top van een hoge berg. Maar er is niet veel overgebleven na de verwoesting door de Romeinen.

Na m'n bezoek kom ik 's avonds in Ein Gedi aan, een kibboets aan de Dode Zee en neem de volgende dag een duik in het zoute water. Het is een aparte ervaring, men blijft zeer gemakkelijk drijven in dit zoute meer, 400 meter onder normaal zeeniveau. Na een dagje rust ga ik de woestijn weer in en moet eerst een enorme berg beklimmen. Maar dan glooit de weg zich door de heuvels naar Hebron, waar ik een dag later aan kom. Het is net een Joodse feestdag vandaag en ik mag de Moskee met het graf van Abraham, Jacob en Rebecca niet in. Het is een drukte van jewelste op het plein voor de moskee en vele soldaten zorgen voor de veiligheid van de vele bezoekers die van over heel Israël zijn gekomen om deze dag, dat Abraham dit stukje land kocht om z'n vrouw Sara te begraven, te vieren.

Ik vraag weer of ik een hoge piet kan spreken, ik ben tenslotte niet dat hele eind naar hier komen lopen om me zonder slag of stoot de toegang te laten weigeren tot dit belangrijke monument. Twee soldaten op herhaling zijn wat rilekster en doen hun best om me te helpen en als er een brigadier langskomt, weet een van hen hem te overtuigen om me toch even binnen te laten. Ik volg de brigadier door de drukte en de controles naar het centrum van deze moskee, de graven van de voorvaderen en binnen voeren de feestelijk geklede Joden allerlei ingewikkelde rituelen uit en staan hoofdschuddend te bidden. Het is geweldig interessant om dit eens te zien, want het is voor mij voor het eerst dat ik een Joodse feestdag meemaak en dan ook nog in zo'n speciale plaats. Na m'n rondleiding vervolg ik m'n weg weer.

Ik ben nu duidelijk in bewoond gebied aangekomen en de woestijn ligt achter me. Ik zet 's avonds m'n tentje weer op langs de kant van de weg en kom de volgende dag in Bethlehem aan, alwaar ik de geboortekerk bezoek. Ook zeer interessant, maar deze is gevuld met fotograferende toeristen.

Na nog een paar bochten en heuvels zie ik dan eindelijk JERUZALEM voor me liggen. De navel van de wereld ligt aan m'n voeten, na zo'n lange en zware reis heb ik dan eindelijk m'n doel bereikt, maar het gekke is dat ik eigenlijk niets speciaals voel, geen hartkloppingen, geen duizeligheid, geen kippenvel, geen knikkende knieën en geen openbarende visioenen van goud en engelen. Ik denk alleen: goh, daar ben je dan. Tjonge, ik heb Jeruzalem in m'n broekzak en ik voel me gewoon lekker. Na ongeveer 5300 km voel ik me gewoon lekker.

Ik zet m'n tentje op achter een oude olijfboom en probeer me high te voelen, maar val al vroeg in slaap. Droom van kamelen en vliegtuigen, van werk en zand. Ik loop de volgende morgen de allerlaatste 10 km naar de oude stad van Jeruzalem. Bezoek Davids graf en maak m'n entree door de Zionspoort. Na een paar telefoontjes heb ik een interview met RTL-nieuws en zoek hierna een typisch Arabisch hotelletje op in de oude stad.

Er zijn vele reizigers en toeristen hier. Jeruzalem oefent een speciale aantrekkingskracht uit op allerlei religieuzen en zoekers, op filosofen en zwervers, op fanatici en gelovers, op mij. Doe nog een interview met de Telegraaf en vind een paar dagen later werk bij een schoonmaakbedrijfje om wat geld bij te spijkeren. Ik ben door al mijn kleren heen en moet nodig nieuwe kopen.

Het oude Jeruzalem is een prachtige stad vol historische gebouwen en Palestijnse bazaars. Ik zal me hier goed vermaken tot 2000.

Groetjes, Thijs.

Thijs zijn laatste tekeningen vanuit Jeruzalem!

Als toetje heeft hij in maart nog een trektocht gemaakt rond het meer van Galilea!

10 maart 2000  rivier Jordaan naar Galilea

26 maart 2000  Aankomst in Akko



Ga naar pagina 1

Ga naar pagina 2

Ga naar pagina 3

English: Part 1, Holland, Germany, Czech, Austria, Hungary, Romania, Bulgaria, Turkey

English: Part 2, Syria and Jordan

Affiche

E-mailadres Thijs Postma: thijs@thijspostma.nl

Webadres: http://www.thijspostma.nl/ecowalk

Lay-out: Alie van Nijendaal, E-mailadres: alie@aliepostma.nl

 

 

Laatste wijziging: 8 december 2018